Van de Waal tot Walestraat in Stramproy

(Een stukje geschiedenis van de familie Aendekerk (“die van de Waal”) vanaf de bouw van hun boerderij/winkel aan de Dorpstraat (nu Julianastraat) in Stramproy in 1890 tot 2007 toen de eerste woningen aan de Walestraat werden gebouwd.)

De schrijver (Bert Aendekerk, Bert van Waale Lei) is in 1939 geboren in het woonhuis van de boerderij van zijn vader.
Tot 1970 heeft zijn vader daar de boerderij gehad. Vanaf die tijd stond het woonhuis beter bekend als café/ discotheek/restaurant “De Taphoeve”.
Naast de “gewone” geschiedenis heeft de schrijver ook herinneringen uit de tweede wereldoorlog toegevoegd. Ook spreekt hij zijn dank uit aan Niek Aendekerk , van Hub van Waale Sjef voor het plaatsen van de fotoserie.

(Hieronder zal de schrijver verder gaan in de ik-vorm)

Volgens de gevelsteen is de boerderij annex winkel “de Waal” aan de Dorpstraat in 1890 gebouwd door Waale Bert. De reden dat Waale Bert naar Stramproy kwam was, volgens mijn vader (Waale Lei) en mijn neef Bert Aendekerk (van Waale Thieu), dat dit een interessante plaats was omdat er nog geen grote winkel in Stramproy was, waar je alles kon kopen; een zogenaamde winkel van sinkel. De winkel was links naast de voordeur gevestigd en rechts woonde de familie. Maar Waale Bert had niet alleen een winkel en boerderij, hij was vooral ook een handelaar in alles waar vraag naar was. De Oude Waal 1915.

Waale Bert ging regelmatig, met de runderen en koeien aangelijnd, te voet naar de markt in Roermond. Met paard en wagen ging hij zelfs tot Maastricht met allerhande materialen, aardappelen, eieren, granen en ook nog dieren als varkens, kippen en kuikentjes, welke hij bij andere boeren had opgekocht.

Waale Bert was niet voor een gat te vangen. Hij wist van het gevaar dat je liep als handelaar en door (struik)rovers kon worden overvallen. Als je namelijk met vee te voet naar de markt ging kwam je altijd met geld terug naar huis. Hij had daarom altijd een wandelstok met scherpe punt bij zich, die hij ronddraaide als hij mensen op zijn pad door het bos tegenkwam. Want vooral het gedeelte tussen Ell, Kelpen-Oler en Baexem was dicht bebost, waardoor daar het risico het grootst was.

De naam van de Waal komt volgens mijn vader, Lei Aendekerk, en neef, Bert Aendekerk, van de naam van de boerderij “Op de Waal” in Molenbeersel, waar Waale Bert is geboren en opgegroeid. Op deze boerderij woonde de familie Laveaux, die uit Wallonië kwam en daarom heette die boerderij “Op de Waal”.

(Die boerderij lag dicht bij de grens in Molenbeersel en in de buurt waar nu de tennisbaan is.)

Kwartierstaat Hubertus Aendekerk en Catharina Royens

Mijn overgrootvader Petrus Mathias Aendekerk (geb.28-05-1826) trouwde op 02-11- 1853 bij de Waal in met Maria Laveaux (geb.15-05-1826).
Uit dit huwelijk op de Waal in Molenbeersel werd op 26-08-1854 Johannes Hubertus Aendekerk (Bert van de Waal) geboren.
Deze Waale Bert trouwde op 18-02-1890 met Anna Catharina Royens (31-03-1863) en kreeg 10 kinderen, waarvan Hendrik (05-12-1890 – 25-09-1909), Leonardus (20-12-1897 – 06-11-1899) en Maria Aendekerk (21-05-1900 – 18-09-1900)  jong stierven.
Langer in leven bleven Peter Mathijs Aendekerk (31-01-1891 – 09-09-1979), Joannes Hubertus Aendekerk (06-07-1893 – 21-04-1971), Hubertina Gertruda Aendekerk (24- 10-1894 – 09-11-1968), Theodorus Hubertus Aendekerk (18-08-1896 – 24-06-1980),
Catharina Aendekerk (31-08-1901 – 26-04-1959), Leonardus Hubertus Aendekerk
(27-07-1903 – 02-10-1990), Arnold Joannes (20-11-1904 – 26-03-1989).

Familiefoto Bert van de Waal, Cathrien en kinderen.

De boerderij met winkel in Stramproy “De Waal”werd in 1890 door Hubertus Aendekerk en Catharina Royens gebouwd. Om de grote hoeveelheid spullen voor de handel en verkoop op te kunnen slaan werd er een schuur bijgebouwd. In de winkel die gerund werd door moeder Catrien en later ook door zoon Door en dochter Toke, verkochten “die van de Waal” alles, waar maar vraag naar was.  Denk aan: petroleum, ijzerwaren, klompen, stoffen, huishoudelijke artikelen, kruidenierswaren, sloten, rozenkransen, kerkboekjes, sigaretten en sigaren.

Daarnaast werd ook van alles voor de landbouw verkocht van kunstmest tot cement, graszaad, bietenzaad en gereedschap aan toe.

Dit kunstmest kwam speciaal, met wagons via het spoor, vanuit Rotterdam naar Weert.

 Aendekerk, J. Hubert,  (geb. 26-8-1854 Molenbeersel – 19-10-1930 Stramproy). Hij was een ondernemend winkelier, bekend als “de Waal”, wellicht omdat zijn familie uit het Luikse stamde. Hij was voor zijn tijd een modern landbouwer, o.a. door ontginningswerk en aanwending van kunstmest. Hij was ook een plaatselijk pionier op het gebied van bietenteelt (karotten, mangelwortelen). Gangbare soorten waren destijds Eckdorfer en Oberndorfer. (Bron Lenaers Panorama Stramproy 1965).

Vanaf 1893 begon Waale Bert met de aankoop van vennen en moerassen om tot drooglegging en ontginning over te gaan.  Dit deed hij samen met zijn zonen, knechten en boeren, die belang hadden in de drooglegging, door een lossing naar de Vlietbeek met de hand te graven en daarbij paarden en wagens in te zetten. De eerste aankoop voor drooglegging was ’t Vin (bij de Isidoorstraat) van ongeveer 8/9 ha. Je kunt nog steeds de diepte van ’t Vin, de hogere rug en aan de andere kant de Thoerder of Pinxten Wiejers en de laagte het Leim Vin zien.

De ThoerderWiejers zijn pas later droog gemaakt, hier is veelvuldig geschaatst en gezwommen. Bert had deze vennen met grond ook nog kunnen kopen, maar dat hij dit niet heeft gedaan, had wellicht te maken met de processen die hij heeft moeten voeren voor de eerste afwatering van ’t Vin via de Uffelse beek.

Bert had ruimte nodig voor zijn oudste zonen Thieu en Sjang, die niet in het dorp aan de slag wilden, daar was te weinig plaats. Ze hadden dus grond en boerderijen nodig. In 1906 werd voor de eerste keer geoogst in het Vin door Waale Bert.

We hebben een doosje gevonden met notariële aktes van vele grondaankopen die Bert gedaan heeft. Aktes van 1893 t/m 1948. Na de dood van Bert in 1930 bleef men gezamenlijk als familie aankopen.

Het zag er vroeger heel anders uit in ‘t Vin, er waren geen voorzieningen. Er was een stuk zandweg naar ’t Vin, er was geen water en geen elektriciteit. Men kon een waterput graven voor water maar electra heeft nog tot 1963 geduurd. De verlichting was door middel van kaarsen en petroleumlampen. In 1911 is de schuur gebouwd, als eerste onderdeel van de boerderij in ’t Vin. De betonnen stenen werden zelf gemaakt, de zogenaamde“Waalestein”. Die waren groter dan onze tegenwoordige stenen. Het zand, goede betonzand, werd geplicht op de oude Steinakker, tegenover het huidige verzorgingshuis “Rust in Rooj”.

Van deze stenen zijn meerdere gebouwen gemetseld.

Van de Waale kinderen vloog de een na de ander uit. Thieu van Waale Bert en Gertruda Veltmans (05-11-1893 – 28-08-1963)betrokken na hun huwelijk op 19-04-1920 de eerste boerderij in ´t Vin.

Op 22-11-1923 trok Sjang van Waale Bert met Maria Lempens (14-05-1897 – 11-03- 1931) naar de tweede boerderij in ´t Vin met een stal voor circa 15 koeien. Na het overlijden van Maria Lempens huwde hij 18- 08-1932 Mathilda Heijmans (05-10-1901- 30-08-1979).
De tweede Boerderij in ’t Vin.

Op 04-05-1925 trouwde Gertruda of Truuj van Waale Bert in bij Reine Pier Teuwen (16-08-1895- 05-02-1975). De boerderij van Reine Pier.

Op 06-10-1932 trok Door van Waale Bert in samen met Anna Gerris (07-03-1898 – 20-09-1973) in een nieuw gebouwd huis naast de Oude Waal en nam de winkel met inhoud mee daarnaar toe, wegens het overlijden van Waale Bert in 1930. Toen er winkels bij kwamen werden er artikelen overgedragen aan andere winkels. Uiteindelijk bleef de handel in porselein, drogisterij en stoffen over. De winkel bleef in handen van de familie Aendekerk.
De winkel en huis Waale Door en Antje.

Op 21-04-1938 trok Dora Versteegen (21-10-1908 – 12-04-1997) in bij de Waal, waar Lei van Waale Bert bleef wonen om de boerderij over te nemen.

Op 10-05-1940 ging Sjef van Waale Bert het huis uit om zich in Laar met Nel Driessen (06-04-1915 – 25-02-2007) te vestigen in een boerderij die net was aangekocht. De boerderij van Waale Sjef en Nel.

Bij een bombardement in de de tweede wereldoorlog, op 7 november 1943 rond 11 uur, is in Tungelroy het Patronaat en Stramproy een schuur (J.M. Stals Reinkes (bron: Thei en Bert Aendekerk) ) afgebrand. Veel mensen waren nog op weg naar huis na de hoogmis, net als de twee oudste dochters To en Tien van Waale Sjang. Zij doken in een greppel langs de weg. samen met de vele anderen die onderweg waren. In het dorp waren veel ruiten gesneuveld.

Ik, Bert Aendekerk die destijds met mijn ouders (Lei en Dora Aendekerk Versteegen) in het linker gedeelte van de Waal woonde, kan het mij nog goed heugen. Oma Waale Cathrien en haar dochter Toke Aendekerk woonden in het andere gedeelte van het huis. Er was veel familiebezoek in huis, zoals altijd op zondagmorgen na de hoogmis, wanneer ze op de koffie kwamen bij oma Cathrien en tante Toke.

Nadat de bom op zondag 7 november 1943 rond 11.00 uur was gevallen achter de Oude Kapelanie, waar in die tijd de douane Bles woonde, plukten ze mij (Bert) van de bank af in de keuken en duwden mij onder de tafel.  Ik was erg bang en heb met mijn vader en de bezoekers op de grond gelegen. Ik was destijds 4,5 jaar en dit heeft een onvergetelijke indruk op mij gemaakt.

Ook bij de buren, Waale Door, waar Waale Sjang op bezoek was, waren in de winkel de ramen kapot gesprongen. De glas in lood ramen hingen scheef in het kozijn. Aan de voorkant van de Waal waren alle ruiten gesprongen en in de kamer stond een kinderwagen met de 6 maanden oude baby Anne van Waale Lei. Gelukkig stond de kap van de kinderwagen van het raam af en lag de baby ongeschonden temidden van gesprongen ruiten en glassplinters.

Nadat de rust een beetje was weergekeerd nam mijn vader Lei me op de arm om aan de staldeur naar buiten te kijken. De zon werd verduisterd door stof en zand. Gelukkig was de telefoondraad nog nog intact, een verbinding tussen Waale Cathrien en Waale Toke,die bij Waale Door in de winkel stond.

Later bleek de bom tegenover de boerderij van de Waal achter het huis van Bles (Oude Kapelanie) te zijn gevallen, een diepe krater achterlatend, waar ik als kind met vader Lei naar ging kijken.

In datzelfde jaar dat de bom viel brandde eind 1943 ‘s nachts ook nog de schuur van de Waal af. Volgens mijn vader Waale Lei zou kortsluiting de oorzaak zijn geweest.

Gelukkig was tante Waale Toke “mantelzorger” van Oma Cathrien Aendekerk-Rooyens om 01.30 nog in gebed (Toke wilde na het overlijden van haar moeder naar het slotklooster van de Birgittenessen in de Maasstraat in Weert.) Zij ging voor het slapen gaan nog even naar het toilet buiten in de varkensstal. Ze sloeg meteen alarm, want de schuur stond in lichterlaaie. Van alle kanten kwam hulp en begon men met blussen. Zelfs de Duitsers die bij Maasbrouwerij ingekwartierd waren hielpen met blussen door emmertjes water door geven vanuit de keplaonskoel (naast het brandweerhuisje, waar nu de pastorie is). Oma Cathrien en Tante Toke werden geëvacueerd naar de buurman met winkel, Ome Door (Theodorus Aendekerk) en wij werden tegenover de Waal, bij douane Bles (Oude Kapelanie uit 1657) ondergebracht. Ik moest er zelf naar toe lopen en mijn zusjes Mientje (1940), Toos (1941) en Anne (1943) werden gedragen. Vanuit de voordeur zag ik uit op een brandende schuur. Een onvergetelijk moment.

Al heel snel werd door de familie een planning gemaakt voor de herbouw van de schuur en startte men meteen met het graven van de aardappelkelder en de bouw van een hoge graanschuur.Dit werd vanwege de oorlog voornamelijk betaald met landbouwproducten zoals boter (door illegaal boter te stoten in de kelder), graan, aardappelen, eieren en vlees. Bij die bouw is er baksteen van de hoogste steiger gevallen en die trof mijn kleine zusje Toosje op het hoofdje. Dat was schrikken met een flinke hoofdwond als gevolg, die haar blijvend heeft getekend met een kale plek. De Waal na de brand 1944.

Dwingend Duits bevel om te eten bij Waale Lei en Dora. Het moet midden 1944 zijn geweest, dat er bij Waale Lei en Dora op de deur werd geslagen. Daar staat een Duitse militair aan de deur. Over één uur moet er voor 4 Duitse militairen warm eten op tafel staan. De Duitsers wisten dat bij de boeren in de kelder altijd eten voorradig was. Mijn moeder wist dat als je hun wens niet vervulde de hele kelder kort en klein werd geslagen. Een kelder gevuld met de hele inmaak bestaande uit groenten, fruit en vlees en de bak met gepekeld vlees. Ze ging daarom maar meteen aan de slag, waarop na een uur de 4 uitgehongerde Duitsers binnenvielen. Alle handgranaten en munitie werden op de aanrecht in de keuken gelegd en de geweren tegen de keukenkastjes geplaatst. Het kleine manneke Bert, zich van geen gevaar bewust, stootte per ongeluk een geweer om. De scheldkanonnade, die volgde, is mij altijd bijgebleven.

Als ’s nachts het luchtalarm ging, was dat heel beangstigend. Mijn vader, Waale Lei, had

2 silo’s om gras of bietenbladeren in te maken als voedsel voor de koeien en runderen in de winter. Op een van de silo’s had mijn vader dus dikke balken en planken gelegd met een hele dikke laag zand om de schuilplaats de creëren. De schuilplaats was zo gerieflijk mogelijk ingericht zodat je erin kon eten en slapen. Als er luchtalarm was moesten we de schuilkelder in en moest ikzelf er naar toe lopen.

Er waren regelmatig luchtgevechten van Duitse jachtvliegtuigen tegen Geallieerde Engelse, Canadese of Amerikaanse jachtvliegtuigen en bommenwerpers. Op een van onze akkergronden was een heuvel gemaakt waarop de Duitsers met een lichtbak met schijnwerper de vijandelijke Geallieerde vliegtuigen in het volle licht zetten om ze te kunnen afschieten.

Op D-day, 6 juni 1944, was de landing van de Geallieerden landen op de stranden van Normandië en begon de bevrijding van Europa van de Duitse overheerser.

De Waal na de brand 1944 met hoge schuur.

Wat was die nieuwe hoge schuur een aanwinst voor de “boer” Waale Lei. Hier kon hij voortaan in de winter zijn oogst binnen opslaan en rond de Kerst met elektromotor en dorsmachine het graan oogsten.

Op 22 september 1944, de schuur was net afgebouwd, werd Stramproy bevrijd door de Belgisch-Luxemburgse Brigade Piron. Zij gingen meteen in ruste nadat ze een 16 Daagse Veldtocht achter de rug hadden en werden afgelost door het 1e Bataljon van het Suffolk Regiment, dat Weert bevrijdde.

De Britten confisqueerden onze grote nog ongebruikte graanschuur als mess, keuken en eetzaal. In die keuken stond een waterwagen die gevuld werd in de melkfabriek van Rooj, maar deze kon op een nacht de strenge winter van begin 1944 niet aan en barste open.  Hierdoor veranderde de Waale schuur in de eerste binnenijsbaan.

Later werd die graanschuur in de zomer regelmatig als “taphoeve” gebruikt door de Schutterij St. Catharina om er een dansavond te organiseren met een bier- en frisdrankbar en met een orkest dat plaats nam op de aardappelen- en kolenkelder. 

Buiten was er een toiletgoot voor heren en voor de dames was er een duo gatenplank in de varkensstal, wat de nodige hilariteit opleverde.

Op 15 februari 1948 is oma Catharien Aendekerk-Royens overleden. Toen ze stervende was, werd ik op de fiets naar Reine Tante Truuj gestuurd om haar te waarschuwen dat ze naar haar stervende moeder moest komen.

In 1949 is Waale Toke Aendekerk ingetreden bij de Slotzusters Birgittenessen in de Maasstraat in Weert en met de erfenis heeft ze daar de verwarming bekostigd. 

Op 16-08-1951 is ze geprofest als zuster Maria Birgitta.

Lei en Dora Aendekerk kregen in februari 1949 het hele huis tot hun beschikking met op dat moment 7 kinderen met Bert, Mien, Toos, Anne, Theo, Ad en Angeline. Truus arriveerde als jongste met Rooj kermis in september 1949.

In de jaren 50 werd er weer verbouwd. De overkapte mestvaalt werd naar buiten verplaatst en op deze stek kwam een gierkelder met varkensstallen voor fokzeugen. Langzaam veranderede het gemengd bedrijf met koeien, varkens, kippen en akkerbouw in een bedrijf met koeien, fokzeugen, morellen, zwarte bessen, asperges, bonen, aardbeien, augurken en werden de kippenhokken en schuur ingezet voor mestkuikens.

In 1968 moest de schuur van de Waal afgebroken worden omdat de buitenmuur aan het verzakken was vanwege werkzaamheden aan infrastructuur en nieuw riool voor de vernieuwing van de Dorpstraat tot Julianastraat (in de tijd van burgemeester Hoeymakers).

In 1970 werd de Waal, wegens pensioenleeftijd van Waale Lei en gebrek aan een opvolger,verkocht aan de Groothandel in tape de heer Rolvink. Lei en Dora verhuisden met de jongsten naar de Gouverneur Houbenlaan.

In 1974 kwam de Waal in handen van de familie Rietjens –Aengevaren die de hoeve de Waal verbouwden tot Taphoeve, waar duizenden van hun jeugd hebben genoten en Lei en Dora Aendekerk-Versteegen in 1978 samen met hun kinderen en kleinkinderen hun 40 jarig huwelijk nog hebben gevierd. Naast discotheek was er ook een friture en restaurant.

Tenslotte kwam de Taphoeve in handen van de familie van de Vorst-Kuppens (Jannisse), die het verkochten aan een makelaar om het af te breken en het hele Waale gebied te bestemmen voor nieuwbouw in de Waalestraat.

Jaowaal, zo hebben alle Waalen hun eigen verhalen…
(Bert Aendekerk, Bert van Waale Lei)